EEN VREUGDEVOLLE KERST MET AMICITIA
Als het aan Amicitia ligt, zijn we op weg naar een vreugdevolle Kerst – en dat is een goed idee in deze donkere tijden. Vrijdagavond 15 december j.l. zong het oratoriumkoor onder leiding van dirigent Toon de Graaf in een uitverkochte Schutse twee werken waarin de vreugde centraal staat: voor de pauze de vier ‘Coronation Anthems’ van Händel – vreugde over de kroning van een nieuwe koning – en na de pauze het ‘Magnificat’ van Rutter – de lofzang van Maria waarin zij haar vreugde uitzingt over de komst van een koning, die machtigen van de troon stoot en eenvoudigen verhoogt.
Het vertoon van de kroon
Amicitia kon heel goed overweg met de stralende, theatrale koormuziek van Händel, die hij componeerde voor de kroning van George II in 1727. Zo’n gelegenheid vraagt natuurlijk om ‘pomp and circumstance’, om vertoon van de kroon – en dat kun je met een gerust hart aan Händel overlaten. De orkestrale inleiding van het bekende ‘Zadok the Priest’, in mei van dit jaar nog te horen bij de kroning van Charles III, werd magisch gerealiseerd door het onvolprezen Promenade Orkest. Het klonk gedragen, verwachtingsvol, geheimzinnig, direct gevolgd door de eerste, zeer krachtige uitbarsting van het koor – en je wist als luisteraar meteen: dit is goed, dit wordt een prachtige avond. En dat werd het ook.
Afwisseling van koor en sopraan
De tweede Anthem – ‘Let thy hand be strengthened’ – is veel lyrischer en werd mooi zacht, licht stromend door het koor gezongen, als een wens, een gebed om gerechtigheid en wijsheid voor de koning. In het slotkoor ‘Alleluia’ mengde het orgel zich organisch met koor en orkest. Een vondst was het om de Anthems af te wisselen met twee aria’s uit de ‘Messiah’ van Händel. Sopraan Titia van Heyst zong ‘If God is before us’ en verderop ‘Rejoice greatly’. Haar stralende stem, zonder overmatig vibrato, klonk als een klok en vulde met gemak De Schutse. Zij werd in de eerste aria omspeeld door violiste Manon Meijs, concertmeester van het Promenade Orkest. In ‘Rejoice greatly’ – daar hebben we de vreugde weer! – viel naast het gemak van zingen haar expressie op, zoals een heerlijke, extra ‘duw’ op het ‘Shout!’ – daar wordt een mens blij van. In de herhaling bracht zij een paar versieringen aan, zoals ook indertijd gebruikelijk was.
Innigheid en triomf
‘My heart is inditing’, de derde Anthem op het programma, is vrolijk, vol verwachting van het goede dat de koning zal brengen. Amicitia zong innig, allengs krachtiger, de vrouwenstemmen mooi dansant toen het over de dochters van de koning ging. Toon de Graaf wist met zijn koor een hele fijne spanningsboog op te bouwen: van ingehouden vreugde naar het juichende slotkoor. Het aandeel van het orkest was voortreffelijk, vooral de pauken vielen op. In de triomfantelijke laatste Anthem, ‘The King shall rejoice’ droegen orgel, trompetgeschal en tromgeroffel bij aan de feestvreugde.
Swingen met Rutter
John Rutter (1945) is een hedendaagse componist, organist en koordirigent. Hij componeert moderne koormuziek, die goed te zingen is – niet per se gemakkelijk – en heel toegankelijk voor het publiek. Voor zijn Magnificat liet hij zich inspireren door de vreugdevolle feestdagen voor Maria in Spanje, Mexico en Puerto Rico, waar mensen de straat op gaan om met zang, dans en processies de Jonkvrouw te eren. Het moet dus swingen – en dat deed het! Een ‘heupwiegend’ Amicitia wist het jazzy, ‘verende’ karakter van het stuk uitstekend voor het voetlicht te brengen. Rutter heeft een belangrijke rol weggelegd voor het slagwerk en de eerste inzet was meteen snaarstrak. Met sterke dynamische contrasten en veel expressie liet Toon de Graaf de koorleden boven zichzelf uitstijgen. Er waren ook verstilde momenten: een oud Engels gedicht over de mystieke roos, beeld voor Maria, werd door het koor fijnzinnig en meditatief gezongen, ondanks de soms lastige wisselingen in het ritme.
Zachte krachten
In de daaropvolgende delen weet Rutter op een subtiele manier een spanningsveld op te roepen tussen zachtheid en kracht. Maria zingt over ‘zachte krachten’ die overwinnen, maar daar is wel degelijk krácht voor nodig. In het ‘Fecit potentiam’ (‘Hij heeft zijn kracht getoond’) verklankten de mannenstemmen die kracht op indrukwekkende wijze, samen met de lage strijkers in het orkest. In ditzelfde deel zit twee keer een fuga, waarmee Rutter toewerkt naar een climax. Het kwam allemaal op z’n pootjes terecht. In drie andere delen had sopraan Titia van Heyst een groot aandeel: voor de pauze stond zij voor het orkest, naast de dirigent, maar nu stond zij naast de sopranen van het koor en dat pakte heel goed uit. Haar stem mengde prachtig met die van het koor en waar nodig kwam zij er met veel souplesse stralend bovenuit. In het slotdeel ‘Gloria Patri’ (‘Ere zij de Vader’) keerde de swingende beginmelodie van het ‘Magnificat’ weer terug en voerden koor en orkest het publiek naar een extatische climax, gevolgd door een ovationeel applaus.
Verrassende chemie
Het is zeer te prijzen dat Amicitia niet op zijn lauweren rust, maar telkens weer verrast met nieuwe werken. Dit jaar zongen zij zelfs twee maal een hedendaags stuk: de mis ‘The Armed Man’ van Jenkins en nu dus het ‘Magnificat’ van Rutter. De chemie met dirigent Toon de Graaf en niet te vergeten repetitor Eric-Jan Joosse – de stille kracht op de achtergrond – is na bijna veertig jaar nog lang niet uitgewerkt. Op naar 29 november 2024 wanneer Amicitia de ‘Petite Messe Solennelle’ van Rossini zingt, begeleid door harmonium en twee vleugels.
Ruurd van der Weg